Ik vroeg om kracht
en God gaf me moeilijkheden
om mij sterk te maken.
Ik vroeg om wijsheid
en God gaf me problemen
om te leren op te lossen.
Ik vroeg om voorspoed
en God gaf me verstand en spierkracht
om mee te werken.
Ik vroeg om moed
en God gaf me gevaren
om te overwinnen.
Ik vroeg om liefde
en God gaf me mensen
om te helpen.
Ik vroeg om gunsten
en God gaf me kansen.
Ik ontving niets van wat ik vroeg
Ik ontving alles wat ik nodig had.